Uit de bestuurskamer…
Gelukkig Nieuwjaar!!
We hadden afgelopen maand geen officiële bestuursvergadering, dus wat schrijven we dan op 1 januari voor TCP? Aan de weegschaal merk ik dat de feestdagen zijn geweest. Nu het buiten donker, nat en fris is, is het tijd om te spinnen en weer conditie op te bouwen.
Dan maar even naar de plaatselijke kroeg. In de Guyter komen veel mensen bij elkaar die elkaar mooie verhalen vertellen. Daar aan de bar zit mijn vriend, dat mag ik na een avondje goed indrinken en lachen wel zeggen. Ik noem hem Jan, daar heb je meer mannen van.
Jan vertelt zijn verhaal over zijn fietscarrière. Het was een redelijk goede fietser, maar vooral slim, zoals hij zelf zegt. Hij reed in dezelfde periode als Wilco Zuiderwijk bij de Van Vliet EBH-Elshof formatie. Hij vertelt zijn verhaal.
Tijdens Olympia’s ronden, een meerdaagse door Nederland voor belofte renners, rijdt hij in een zware waaierwedstrijd. Hij zit te harken, maar de ploegleider had gezegd: “na km 85, allemaal van voren in de eerste waaier terecht komen.” Dat deed hij dan ook, maar na een kwartier op de kant laat hij gaan.
De tweede en derde waaier knallen voorbij. Aanhaken is geen optie. Dat was ook niet de bedoeling. Hij steekt z’n hand in de lucht; lek en stopt direct. Renners die nog harken en ploegleidersauto’s razen voorbij.
Jan ziet zijn ploegleider komen en stapt weer op. Zijn ploegleider is dan laaiend. “Je bent helemaal niet lek, wat doe je hier?”, schreeuwt hij uit. “Achter jou aan fietsen”, schreeuwt Jan terug en zo positioneert hij zijn fiets op de bumper van de ploegleider en schreeuwt opnieuw: “zuinig rijden!!”
Er fladderen meer renners voorbij, maar die zijn klaar en stappen af. Jan vertelt dat hij veel renners in de eerste waaier had gezien die allemaal afzien, ook goede renners. “Als ik zuinig achter de auto blijf rijden en het komt weer bij elkaar, ga ik winnen.” Dat legt hij uit aan de ploegleider, maar die is nog altijd furieus over zijn actie om zich te laten zakken. Ze hadden als ploeg op hem ingezet en nu laat hij zich helemaal alleen zonder begeleiding van ploegmaten terug zakken.
Het versplinterde peloton buigt af naar de binnenlanden. De eerste 140 km zijn geweest en er zijn veel renners achter de bezemwagen. Jan heeft 40 km achter de auto gezeten en voelt zich topfit. Hij krijgt langs de auto een nieuwe bidon en een voederzak en geeft aan dat hij goede benen heeft. De ploegleider is nog meer geïrriteerd. Met deze uitspraak heeft Jan de lat voor die dag heel erg hoog gelegd.
Het peloton zakt ineen en er blijft alleen nog een groep van vijf man van voren met een voorsprong van één minuut. Tussen het peloton en de vluchters reed één man van Van Vliet EBH die men laat ‘zwemmen’. Jan weet dat als het een minuut plus wordt dan mogen de ploegleidersauto’s weer langs het peloton. Ook de volgauto van Van Vliet EBH, omdat zij iemand in de kopgroep van vijf hebben.
Jan bedenkt een tweede list. Als de ploegleiderswagens voorbijkomen, springt hij mee. Hij geeft een teken aan de ploegleider van Van Vliet-EBH en die neemt hem een stuk mee op weg. Logisch, als Jan bij hun renner aankomt, kan hun renner wellicht aansluiten bij de kopgroep.
“Geen zorg dat zij met z’n tweeën in de kopgroep komen”, denkt Jan. “Ik heb minder geleden, maar dan moet ik dat gat slim dicht rijden.” Hij wenkt nogmaals naar de ploegleider van Van Vliet-EBH. Die laat zich wat vallen en Jan maakt hem wijs: “neem mij mee achter de auto, dan neem ik jouw renner mee naar de kopgroep en heb jij twee man bij de eerste zeven.” Niet dat het mag, maar het gebeurt. Jan sluit aan bij de renner van Van Vliet-EBH.
Het is nog maar een klein stukje naar de kopgroep. Jan neemt snoeihard over om zijn metgezel toch wat pijn te doen en zo komen ze aan bij de kopgroep. Dat heeft toch wel wat kracht gekost en er moeten nog 20 km worden afgelegd. De ongeschreven regel is dat je een beetje mag verzaken als je net bent aangesloten. Dat doet Jan dan ook een beetje veel. Hij wekt de indruk klaar te zijn en ook blij te zijn nog te mogen aansluiten.
Intussen rijdt ook Jan zijn ploegleider achter de kopgroep en komt na enkele km naast Jan. De ploegleider legt hem uit: “jammer van alle verloren inspanningen, de overwinning zal er niet meer inzitten”. Jan wordt pissig en rijdt vanaf de ploegleiderswagen in één klap langs de kopgroep. Nog 12 km te gaan.
Jan glundert als hij dit verhaal vertelt. “Geleden? Ik had helemaal niets geleden. Tijdens het waaiergevecht zat ik tussen de auto’s, tijdens het gat dichten naar de kopgroep had ik een vriendelijke ploegleider gevonden en in de kopgroep mocht ik in het wiel blijven hangen.” De laatste 12 km solo werd best een dingetje, maar de achtervolgers hadden wel drie jassen uitgedaan.
De voorsprong liep uit. Het leek een geweldige overwinning te gaan worden, maar in de kopgroep hadden ze elkaar gevonden. Het gat werd kleiner en kleiner, nog 800 meter te gaan. Sprinten was nog geen optie, te ver, maar blijven zitten al helemaal niet en nu…
Blik op oneindig, gas erop en met 57 km in het uur naar de streep, maar dat deden de achtervolgers ook! Nog 400 meter en dat is heel ver, nog 100 meter en de winnaar is: Jan! Wat een geweldige overwinning. Gelukkig was de ploegleider ook heel blij en zo heb je in de kroeg mooie verhalen!! Jan geeft aan dat meestal niet de sterkste, maar de slimste renner wint.
TCP, het is inmiddels een mooie traditie: het nieuwe fietsseizoen van TCP start met de Katertocht op de eerste zondag van het nieuwe jaar. Uiteraard aansluitend met de Nieuwjaarsreceptie voor alle leden, met en zonder kater… We starten zondag 8 januari om 10.00 uur vanuit het Baken met de gezamenlijke mountainbiketocht. Het is weer gezellig, dus wees wel op tijd.
Schrijf dan 5 februari 2023 ook even op. Dan starten we met de Vossenjagers en de opbouwtochten. Dan gaan we alweer naar het voorjaar.
Tot de achtste, de oliebollen liggen klaar.
Namens het bestuur, Marc van Buijtene